In de 4e ronde van de KNSB-competitie moest het tweede opboksen tegen het sterkere Hardenberg. Het werd een afgetekende 2-6 nederlaag.
Aan het eerste bord trof ik een Duitse tongval, en wist meteen hoe de vork in de steel zat.
Het is bij clubs in de oostelijke grensstreek niet ongebruikelijk om een Duitser te annexeren, die zijn daar vrij gewillig in,”wiedergutmachung”. In mijn beste Duits (een valkuil, waarom beginnen Nederlanders altijd hun eigen taal te verloochenen als ze een buitenlander treffen?) opperde ik voor de partij dat Duitsers geen humor hebben, nou ja op Hape Kerkeling en Rudi Carrell na dan. Dit werd ferm ontkend wat mij bevestigde in mijn vermoeden. De analyse, na een hopeloze partij mijnerzijds, ging in het Engels wat het verlies meteen minder pijnlijk maakte. Als “jolly good fellows”, met wel veel (Duits) handenschudden, namen we afscheid van elkaar.
Han en Wytse sleepten een remise binnen en Douwe een fraaie overwinning. Sylvia speelde als invalster met verve en daarmee gaan we vol goede moed het nieuwe jaar in.