Je hebt van die namen die perfect bij een bepaalde sport passen. Neem nou Coen Moulijn. Wat mij betreft de mooiste voetbalnaam ooit. Ook de Brazilianen kunnen er wat van. Hun echte namen passen niet op de shirts zodat elke speler een bijnaam heeft. Een fraaie is Garrincha (‘vogeltje’) voor Manuel dos Santos. Deze grootste dribbelaar ooit was zo goed als gehandicapt omdat zijn rechterbeen naar buiten stond en zijn linkerbeen 6 centimeter kleiner was. Ook Ronaldo, Zico en Pelé zijn schitterende bijnamen. Abe Lenstra is en blijft de fraaiste Friese voetbalnaam.
Bij het hockey dient de naam bij voorkeur dubbel te zijn, liefst uitgesproken met een Gooische rrrrr. Floris Jan Bovelander of Flip van Lidth de Jeude zie ik niet snel een triple twenty gooien. Overigens passen hockeynamen ook uitstekend bij golf, polo en cricket.
Volleybal is een sport voor brave studenten. Daar horen dito namen bij als Peter Blanché en Ronald Zoodsma. Deze jongens kom je niet op ‘Lowlands’ tegen met een rastakapsel.
Eddy Merckx is verreweg de mooiste wielernaam. Dat komt goed uit want deze Belg is ook tevens de beste aller tijden. En wat dacht u van Federico Bahamontes, bijgenaamd ‘De adelaar van Toledo’ vanwege zijn uitzonderlijke klimcapaciteiten. De Italianen kunnen er ook wat van. In de oude tijden van de wielersport had je Fausto Coppi en Gino Bartali. Namen om van te smullen. Van iets recentere datum zijn Mario Cipollini (‘mooie Mario’) en Marco Pantani (‘het olifantje’) aansprekende voorbeelden. Lance Armstrong is een lelijke wielernaam. Probeer het eens bij de armworstelaars.
Ook in de motorsport zijn wat mij betreft de Italianen favoriet. In de tijd van de Nederlandse topper Wil Hartog (‘de witte reus’) had je prachtige namen als Gianfranco Bonera en Graziano Rossi (de vader van Valentino). Ook de merknamen van de motoren spraken tot de verbeelding: Morbidelli en MV Agusta (de motor waar Giacomo Agostini furore op maakte).
Bij het schaken zijn bijna alle Russische namen goed. Met stip op één: Alexander Aljechin. Deze wat tragische figuur verloor in 1935 zijn wereldtitel aan de Nederlander Max Euwe. Prima schaaknaam overigens: Max Euwe, evenals Jan Timman en Rob Hartoch. Maar ook José Capablanca en Bobby Fischer zijn namen die alleen bij het schaken horen.
Hoe zit het dan met de Sneker schaaknamen? Hebben we nog wat in de aanbieding? Ik vind Tinus Fleur wel passend bij het schaken. Ook Tjitze Schram (‘Tjitzov’, niet te verwarren met Tsjizjov) kan er mee door. Douwe van der Meulen is skûtsjeschipper. Sake Jan Velthuis en Jan Hans de Jong kunnen zo een strafcorner nemen. Maurits Ypma zal vanwege zijn oranjegekleurde voornaam ook wel door de ballotagecommissie komen. Maarten van Steinvoorn heeft iets aristocratisch in zijn naam, derhalve uitstekend passend bij het cricket. Arnaud Bom is typisch volleybal en Gert Jan Slotboom zie ik wel in de Holland Acht op de Bosbaan roeien.
Mijn eigen naam? Vlees noch vis. Een vleugje Italiaans gecombineerd met puur Fries. Een ‘Fryske pleats’ op het Toscaanse platteland. Hoe verzin je het? Zie daar maar eens een passende sport bij te bedenken.